Een mooi verhaal dat laat zien dat hoe wij de wereld zien niet altijd is hoe de wereld is.
Iedere rondtrekkende monnik mag verblijven in een Zen tempel, vooropgesteld dat hij een debat over boeddhisme kan voeren en daarbij winnen van diegenen die daar wonen. Wanneer hij wordt verslagen moet hij verder trekken.
In een tempel in het noorden van Japan woonden twee monniken. De oudste was geleerd, maar de jongste was dom en had maar één oog. Een zwervende monnik kwam aan om onderdak te vragen. Zoals vereist daagde hij hen uit tot een debat over de sublieme leer. De oudste broeder, die vermoeid was van een hele dag studeren, zei de jongste in zijn plaats het debat te voeren. “Vraag om een stilzwijgende dialoog” waarschuwde hij hem. Daarop namen de jonge monnik en de vreemdeling bij het altaar plaats.
Al snel daarna stond de reiziger op, ging naar de oudste broeder en zei: “Uw jongere broeder is een wonderbaarlijk mens. Hij heeft mij verslagen.” De oudere monnik vroeg wat er was gebeurd. “Welnu”, verklaarde de reiziger, “Eerst hield ik één vinger op, als zinnebeeld voor Boeddha, de Verlichte. Toen hield hij twee vingers op, Boeddha en zijn leer uitbeeldend. Ik hield drie vingers op, voor Boeddha, zijn leer en zijn discipelen, die in harmonie leven. Toen schudde hij zijn gebalde vuist in mijn gezicht, daarmee aangevend dat die alle drie komen van één werkelijkheid. Daarmee heeft hij gewonnen en heb ik geen recht meer hier te blijven”.
Dit gezegd hebbend, vertrok de reiziger. “Waar is die kerel?” vroeg de jongeling, toen hij zijn oudere broeder ontmoette. “Ik begrijp dat je het debat hebt gewonnen.” “Ik heb niets gewonnen. Ik ga hem een pak slaag geven.” “Vertel mij wat het onderwerp van het debat was,” zei de oudere. “Nou, toen hij mij zag stak hij één vinger op en beledigde mij door daarmee te insinueren dat ik maar één oog heb. Omdat hij een vreemdeling is wilde ik beleefd zijn tegenover hem. Dus hield ik twee vingers op, om hem geluk te wensen dat hij twee ogen heeft. Toen hield de onbeschofte ellendeling drie vingers op, daarmee suggererend dat wij met elkaar maar drie ogen hebben. Toen werd ik woedend en wilde hem een kaakslag geven, maar hij rende weg, en daarmee was het afgelopen”.
Uit “MINDWORKS, Unlock the promise within NLP Tools for building a better life”, door Anné Linden
Mensen raken niet verstoord door de dingen die gebeuren, maar door de manier waarop ze ernaar kijken
Epictetes